De contactpunten van de inktpatroon reinigen
Maak de contactpunten van een inktpatroon alleen schoon als er herhaaldelijk
meldingen op het display verschijnen waarin u wordt gevraagd een patroon te
controleren, terwijl u de inktpatronen al hebt gereinigd of uitgelijnd.
Voordat u de contactpunten van een inktpatroon reinigt, neemt u de inktpatroon uit het
apparaat en controleert u of contactpunten vrij zijn. Vervolgens plaatst u de
inktpatroon opnieuw in het apparaat. Als u nog steeds meldingen krijgt dat u de
inktpatronen moet controleren, reinigt u de contactpunten van de inktpatroon.
Zorg dat u het volgende bij de hand hebt:
•
Schuimrubberen veegstokjes, pluisvrije doek of ander zacht materiaal dat niet
loslaat of vezels achterlaat.
Tip Koffiefilterzakjes zijn pluisvrij en prima geschikt voor het reinigen van
inktpatronen.
•
Gedistilleerd water, gefilterd water of bronwater (water uit de kraan kan deeltjes
bevatten waardoor de inktpatronen kunnen worden beschadigd).
Let op Gebruik geen metaalpoetsmiddelen of alcohol om de contactpunten
van inktpatronen te reinigen. Hierdoor kan de inktpatroon of de HP All-in-One
beschadigd raken.
De contactpunten van de inktpatroon reinigen
1. Zet het apparaat aan en open de klep voor de inktpatroon.
De wagen met printcartridges beweegt geheel naar de rechterkant van het
apparaat.
2. Wacht tot de wagen met printcartridges stilstaat en koppel vervolgens de stekker
los van de achterkant van het apparaat.
Opmerking De datum en tijd zijn mogelijk gewist, afhankelijk van hoe lang de
HP All-in-One geen stroom heeft ontvangen. Als u de stekker weer aansluit,
moet u de datum en de tijd wellicht opnieuw instellen.
3. Druk voorzichtig op de inktpatroon om deze te ontgrendelen en trek de patroon
naar u toe uit de houder.
4. Controleer de contactpunten van de printpatronen op aangekoekte inkt en vuil.
Hoofdstuk 8
126
Onderhoud en problemen oplossen
5. Dompel een schoon schuimrubberen veegstokje of pluisvrij doekje in het
gedistilleerde water en knijp het overtollige vocht eruit.
6. Houd de inktpatroon vast aan de zijkanten.
7. Reinig alleen de koperkleurige contactpunten. Laat de inktpatronen circa tien
minuten drogen.
1 Koperkleurige contactpunten
2 Inktsproeiers (niet schoonmaken)
8. Schuif de inktpatroon weer in de sleuf. Duw de inktpatroon voorzichtig naar voren
totdat deze op zijn plaats klikt.
9. Herhaal indien nodig deze procedure voor de andere inktpatroon.
10. Sluit voorzichtig de klep van de inktpatronen en sluit het netsnoer aan op de
achterkant van het apparaat.